Lichaamstaal van honden

Wil je weten wat je hond écht zegt? Lichaamstaal is de sleutel om emoties zoals angst, stress, frustratie en agressie vroegtijdig te herkennen. Door de subtiele signalen van je hond te leren zien, kun je gedragsproblemen zoals jachtgedrag, blaffen, bijten of uitvallen voorkomen en de band met je hond versterken.

Of je nu zoekt naar hulp bij agressie, jachtinstinct, angst of andere gedragsuitdagingen, inzicht in lichaamstaal en emoties helpt je om je hond beter te begeleiden en conflicten te verminderen. Met kennis van lichaamstaal verbeter je de communicatie met je hond en bouw je aan een veilige en ontspannen relatie die voor jullie allebei prettig is.

Start vandaag met het leren lezen van de lichaamstaal van je hond en creëer een harmonieuze verstandhouding zonder stress of agressie.

Tekenen dat je hond het moeilijk heeft

Door deze signalen te leren herkennen, kun je je hond beter begrijpen en op tijd helpen wanneer hij spanning ervaart. Soms is dat door afstand te creëren, iets makkelijker te maken, of gewoon even rust te geven.

Kop en gezicht

  • Wegkijken of het hoofd wegdraaien
    Je hond draait zijn hoofd van je af of kijkt opzij – een duidelijke manier om iets of iemand te ontwijken.

  • Oren in de nek leggen
    Wanneer je hond zijn oren plat naar achteren legt, strak tegen zijn hoofd aan, geeft hij meestal aan dat hij spanning voelt. Dit zie je vaak samen met andere stresssignalen, zoals wegkijken of het hoofd laag houden.
  • Tongelen (tong uitsteken en lippen of neus aflikken)
    Dit zie je vaak kort en snel gebeuren. Het is een kalmerend signaal dat spanning aangeeft.

  • Ogen sluiten of langzaam knipperen
    Een zachte manier om spanning te verlagen. Soms sluit je hond zijn ogen eventjes, of knippert traag.

  • Oogwit tonen (ook wel 'whale eye')
    Als je de witte randen van de ogen goed kunt zien, bijvoorbeeld wanneer je hond schuin kijkt, is dat vaak een teken van spanning of onzekerheid.

  • Bek plots stijf sluiten
    Een plots gesloten bek – terwijl hij daarvoor ontspannen open stond – kan een teken zijn dat je hond zich ongemakkelijk voelt.

  • Gapen
    Niet altijd van vermoeidheid! Gapen is een veelvoorkomend stresssignaal.

  • Vocaliseren (piepen, blaffen, janken)
    Geluid maken is voor veel honden een manier om spanning kwijt te raken of hulp te vragen. 

  • Grote pupillen 
    Grote pupillen worden veroorzaakt door verhoogde stresshormonen. 

 

Lichaam en houding

  • Vertraagd bewegen of sluipen
    Een hond die ineens langzamer loopt of laag bij de grond beweegt, probeert vaak spanning te vermijden.

  • Bevriezen (verstijven)
    Je hond staat stil als een standbeeld. Dit kan een afweging zijn: ‘Wat moet ik doen in deze situatie?’

  • In elkaar duiken (dipping)
    Hierbij zakt je hond letterlijk wat door zijn poten heen – hij maakt zich kleiner.

  • Op de rug liggen met opgetrokken poten
    Vaak zie je hierbij ook dat je hond wegkijkt. Dit is geen uitnodiging tot een buikwrijfje, maar meestal een teken van overgave of ongemak.

  • Trillen
    Een zichtbaar teken van spanning of stress, dat soms gepaard gaat met andere signalen.

  • Afschudden
    Je hond schudt zich uit alsof hij nat is, maar dit is een manier om spanning van zich af te gooien en weer te 'resetten'.

  • Pootje optillen
    Eén van de voorpoten wordt kort of voor langere tijd opgetild – dit zie je vaak bij spanning of twijfel.
  • Zweetvoetjes
    Je ziet dit vaak bij de dierenarts, zweetvoetjes op de vloer. Dit is altijd een teken van stress.

Haarstanden en huidreacties: borstelen

 

Borstelen is het omhoog gaan van de haren op de nek, rug en soms ook op de staart van je hond. Dit gebeurt vooral als je hond opgewonden is.

Deze opwinding kan verschillende emoties uitdrukken:

  • Soms zie je borstelen bij negatieve stress, bijvoorbeeld als je hond zich onveilig voelt of gespannen is.

  • Maar het kan ook ontstaan bij blijdschap of enthousiasme.

Omdat borstelen een algemeen teken van opwinding is, is het extra belangrijk om goed te letten op de rest van je hond zijn lichaamstaal en de situatie waarin het voorkomt. Zo kun je beter inschatten of je hond blij, gespannen of iets anders voelt.

Gedrag en beweging

  • Lichamelijk wegdraaien of zich helemaal afwenden
    Je hond probeert letterlijk afstand te nemen van de situatie.

  • Lichamelijke onrust (hyperactiviteit, druk gedrag)
    Een hond die druk of springerig is, is niet per se blij – soms is het een uiting van spanning.

  • Overspronggedrag
    Denk aan plots krabben, snuffelen, graven of overdreven speels gedrag. Het lijkt misschien willekeurig, maar het is vaak een manier om met stress om te gaan.

  • Klappertanden

    Een hond die klappertandt zonder dat het koud is, kan dat doen uit spanning of dreiging. Vaak gaat dit gepaard met andere signalen zoals verstijven of strak gefixeerd staren. Het is een minder bekende, maar wel veelzeggende vorm van stresscommunicatie.

  • Blazen (met bolle wangen)
    Sommige honden blazen lucht krachtig uit, waarbij de wangen even bol gaan staan. Dit zie je vaak bij opwinding, frustratie of spanning. Het lijkt een manier te zijn om spanning kort te ontladen.

  • Zuchten
    Een diepe zucht na een activiteit of bij het gaan liggen is meestal een teken van ontspanning of afsluiting. Je hond ‘laat los’. Ook hier is context belangrijk: als het zuchten gepaard gaat met onrust of piepen, kan het juist frustratie aanduiden.

Wat vertelt de staart van je hond?

De staart van je hond is een waardevolle bron van informatie. Maar om die signalen goed te kunnen lezen, is het belangrijk om eerst te weten wat de neutrale staartstand van jouw hond is. Die neutrale positie verschilt per ras en per individu – een windhond draagt zijn staart bijvoorbeeld van nature lager dan een spitz. Pas als je weet wat voor jouw hond ‘normaal’ is, kun je veranderingen in stand en beweging beter duiden.

Let op: een kwispelende staart betekent niet altijd dat je hond blij is. De stand, snelheid, spanning in de beweging én de rest van het lichaam moeten altijd samen worden beoordeeld.

Staartstand

  • Lage staart (laag gedragen of tussen de achterpoten)
    Dit kan wijzen op angst, onzekerheid of op kalmerend gedrag (appeasement). Je hond laat hiermee zien dat hij spanning voelt en probeert een confrontatie te voorkomen. Kijk altijd naar de rest van het lichaam: worden de oren naar achteren getrokken, draait hij zich weg of duikt hij wat in elkaar? Dan is de kans groot dat je hond spanning ervaart.

  • Hoge, niet-bewegende staart
    Een stijve, hoog gedragen staart – zeker als de rest van het lijf ook gespannen is – kan duiden op alertheid of controlebehoefte. In sommige situaties kan het een teken zijn dat je hond zich klaarmaakt om in actie te komen, bijvoorbeeld wanneer hij zich bedreigd voelt. Let goed op de context en het geheel van signalen.

Beweging van de staart (kwispelen)

  • Hoge, strak en snel kwispelende staart
    Als de staart hoog staat en snel, klein en gespannen heen en weer beweegt, wijst dat vaak op opwinding, frustratie of stress. Soms kan dit ook duiden op agressie. De rest van het lichaam oogt dan meestal ook gespannen.

  • Korte, strakke kwispel (ter hoogte van het lichaam)
    Dit zie je vaak bij honden die in een situatie zitten waarin ze spanning ervaren, maar nog geen keuze hebben gemaakt: benaderen of afstand nemen? Het is een teken van innerlijke onrust.

  • Hoge, ruim kwispelende staart
    Een brede beweging met een hoog gedragen staart, samen met een ontspannen houding en zachte ogen, is vaak een signaal van een sociale en zelfverzekerde hond.

  • Brede kwispel waarbij ook de achterhand meebeweegt
    Dit wordt vaak gezien bij ontspannen en vrolijke honden. De hele achterkant beweegt soms zelfs een beetje mee. Dit is meestal een teken van een positieve gemoedstoestand.

De oren

Wat zeggen de oren van je hond?

De stand van de oren geeft waardevolle informatie over hoe je hond zich voelt. Maar let op: je kunt gedrag nooit beoordelen op één lichaamsdeel alleen. Kijk altijd naar het totaalplaatje – wat doen de ogen, de staart, het lijf? En in welke situatie gebeurt het?

Oren naar achteren

Wanneer je hond zijn oren naar achteren legt, kan dat duiden op spanning, onzekerheid of kalmerend gedrag (appeasement). Het is een signaal dat je hond zich ongemakkelijk voelt. Dit zie je bijvoorbeeld als hij probeert afstand te creëren of spanning wil voorkomen.

Oren strak naar voren gericht

Staan de oren strak naar voren, dan is je hond alert. Als het hele lichaam daarbij gespannen is, met een stijve houding en gefixeerde blik, kan dit duiden op een hond die klaarstaat om in actie te komen. Dat hoeft niet per se agressie te zijn – het kan ook opwinding of focus zijn. De context is bepalend.

Ambivalente signalen

Veel honden laten signalen zien die niet zwart-wit te interpreteren zijn. Het ene oor naar achteren, het andere opzij, een gespannen lijf maar een kwispelende staart – dat noemen we ambivalente lichaamstaal. Dat betekent dat je hond meerdere gevoelens tegelijk ervaart, bijvoorbeeld nieuwsgierigheid én spanning. Dit komt veel voor; de meeste honden zijn niet 100% zeker van hun zaak, zeker niet in spannende of nieuwe situaties.

Hoe hoger de oren, hoe meer zelfvertrouwen?

Over het algemeen geldt: hoe losser en natuurlijker de oren gedragen worden, hoe meer ontspanning en zelfvertrouwen je hond voelt. Honden met staande oren dragen die vaak hoger, terwijl honden met hangoren juist een heel ander spanningspatroon kunnen laten zien. Kijk dus vooral naar wat normaal is voor jouw hond – dan vallen afwijkingen eerder op.

Geuren

Fysiologische stressreactie: anaalklieren leegdrukken

De anaalklieren van een hond bevatten een sterk ruikende vloeistof, die voor iedere hond uniek is. Normaal gesproken worden deze kliertjes geleegd tijdens het ontlasten, wat ook de reden is waarom honden vaak aan elkaars ontlasting snuffelen.

Maar bij grote stress of intense angst kan een hond deze anaalklieren ook onverwachts legen, zonder dat hij aan het poepen is. Dit is een onwillekeurige reactie van het lichaam en een duidelijk teken dat je hond zich erg onveilig of paniekerig voelt.

Mimiek

Wat vertelt het gezicht van je hond?

Je hond communiceert niet alleen met zijn staart of houding, maar ook met zijn gezicht. De spieren rond de ogen, lippen, neus en wenkbrauwen bewegen mee met hoe je hond zich voelt. Dat maakt zijn mimiek een belangrijk onderdeel van zijn lichaamstaal. Soms zijn die signalen heel subtiel – maar als je erop let, kun je er veel uit aflezen.

Mimiek is subtiel en verandert snel. Als je hond zich ongemakkelijk voelt, zie je dat vaak als eerste in zijn gezicht: een gespannen snuit, een kort likje over de neus, een oog dat iets verder opent of juist even sluit. Let goed op deze kleine veranderingen – ze geven je waardevolle informatie over hoe je hond zich voelt.

Spanning rond de bek en lippen

  • Lippen opgetrokken, voortanden zichtbaar (kiezen niet zichtbaar)
    Dit is vaak een duidelijke waarschuwing. Je hond laat zijn voortanden zien, maar de bek is nog gesloten of halfopen, en de kiezen zijn niet zichtbaar. Het lichaam is meestal gespannen. Dit zie je bij honden die zich niet terugtrekken, maar juist proberen afstand te creëren. Dit betekent niet direct 'dominantie' of 'agressie', maar eerder: "Ik voel me niet prettig en wil dat je stopt."

  • Lippen strak naar achteren getrokken
    Hierbij zie je dat de mondhoeken naar achteren worden getrokken. Dit is vaak een signaal van angst of spanning. Je hond probeert zich klein te maken, en het gezicht ziet er gespannen of ‘bevroren’ uit. Vaak gaat dit samen met een gesloten bek, lage lichaamshouding of wegkijken.

 

 

Ogen en wenkbrauwen

  • Zichtbaar oogwit (‘whale eye’)
    Als je hond zijn hoofd wegdraait maar zijn ogen op de prikkel gericht houdt, zie je soms de witte rand rond de iris – dit wordt ook wel ‘whale eye’ genoemd. Het is een duidelijk signaal van ongemak of spanning.

  • Sluiten van de ogen of langzaam knipperen
    Als je hond langzaam knippert of zijn ogen even sluit, kan dit een kalmerend signaal zijn. Hij probeert spanning te verminderen – bij zichzelf én bij de ander. Soms zie je dit ook bij honden die overweldigd zijn en zich proberen te reguleren.

  • Strakke, gefixeerde blik
    Een starende blik, zonder knipperen en met gespannen spieren rond de ogen, kan duiden op hoge opwinding of controlebehoefte. Dit zie je bijvoorbeeld bij een hond die iets spannend vindt en zich klaarhoudt voor actie.

  • Wenkbrauwen bewegen mee met emotie
    Honden gebruiken hun wenkbrauwen meer dan je misschien denkt. Ze kunnen ze optrekken bij onzekerheid, waarbij er een soort frons of rimpel op het voorhoofd ontstaat. Bij ontspanning zie je juist een zachte, open blik. Hoe meer spanning of twijfel je hond ervaart, hoe meer activiteit er vaak te zien is in de wenkbrauwen en het gebied rond de ogen.

Geluiden

Wat vertelt je hond met zijn stem?

Honden gebruiken hun stem op allerlei manieren. Van piepen tot grommen, van zuchten tot huilen – elk geluid kan iets anders betekenen. Wat belangrijk is om te weten: geluiden op zichzelf zeggen niet alles. De toon, intensiteit, lichaamstaal en situatie spelen allemaal mee in hoe je hond zich voelt en wat hij bedoelt.

Veel van deze geluiden ontstaan al bij de geboorte, en sommige zijn zelfs versterkt door onze menselijke aandacht tijdens de domesticatie. Waar wolven zelden blaffen of janken, doen huishonden dit juist vaak in relatie tot ons.

Blaffen

Blaffen is een veelzijdige vorm van communicatie. Je hond kan blaffen om te waarschuwen, dreigen, begroeten, reageren op opwinding of uitnodigen tot spel.

  • Hoge, korte blafjes hoor je vaak bij opwinding of onzekerheid.

  • Diepe, grommende blaffen klinken dreigender en komen meestal van honden die zich zeker genoeg voelen om aan te geven dat ze iets niet willen.

Blaffen heeft zich vermoedelijk ontwikkeld tijdens de domesticatie van de hond. In tegenstelling tot wolven gebruiken huishonden hun blaf wél om te communiceren met soortgenoten én met mensen. Bijvoorbeeld bij waakgedrag of als reactie op prikkels vanuit de tuin.

Grommen

Grommen is vaak een waarschuwingssignaal: “Stop, dit is mijn grens.”
Maar het is niet altijd negatief – sommige honden grommen ook tijdens het spelen, met een ontspannen lichaam en zachte blik. Dan klinkt het grommen minder zwaar en is het vaak onderdeel van vrolijke interactie.
Let altijd goed op de lichaamstaal én mimiek erbij: is het speels, ontspannen of juist gespannen en dreigend?

Piepen

Piepen hoor je vooral bij onzekerheid, frustratie, angst, lichte stress of pijn.
Ook tijdens een enthousiaste begroeting kunnen sommige honden piepen of jammeren.
Van nature piepen pups om hun moeder te roepen. Interessant genoeg blijkt dat moeders daar alleen op reageren als ze hun pups ook daadwerkelijk kunnen zien – auditieve signalen alleen zijn dus niet altijd genoeg.

Janken

Janken klinkt vaak wat zwaarder en komt meestal voor bij angst, stress of frustratie. Volwassen honden gebruiken dit geluid zelden naar elkaar toe – het lijkt vooral gericht op ons als mensen. Janken is daarmee waarschijnlijk versterkt door onze neiging om erop te reageren.


Huilen

Huilen is een bijzondere vorm van vocalisatie die we vaker horen bij oer-type hondenrassen zoals de Husky of Malamute – en bij wolven.

  • Het kan een uiting zijn van eenzaamheid, sociale behoefte of verbondenheid.

  • In een groep heeft elk lid zijn eigen ‘stem’, waardoor huilen ook helpt om elkaar te herkennen en de groepsband te versterken.

  • Bij sommige honden zie je huilen ook in combinatie met jachtgedrag (de bassende hond), maar de exacte betekenis hiervan is nog niet helemaal duidelijk.

De 5 F’s – wat doet je hond als stress te veel wordt?

Wanneer de spanning te hoog oploopt, kan je hond reageren met gedrag dat lijkt alsof hij zichzelf ineens kwijt is. Hij kan verstijven, vluchten, uitvallen, hyperactief worden of zelfs flauwvallen. Deze reacties ontstaan niet zomaar: ze zijn diep biologisch verankerde overlevingsstrategieën. Elke hond kan in zulke momenten anders reageren – en de vorm kan ook per situatie verschillen.

Als je deze signalen leert herkennen, kun je je hond op tijd helpen om niet volledig overprikkeld te raken. Want in deze staat kan hij niet meer nadenken of leren – het lichaam neemt het dan over van het brein.

Freeze – Verstarren

Je hond bevriest plotseling. Hij beweegt niet meer, houdt zijn adem in en lijkt zich even letterlijk klein te maken.
Dit gebeurt vaak bij intense angst of dreiging. Het lichaam schakelt als het ware over op "stilhouden tot het gevaar voorbij is". Je hond voelt zich op zo’n moment niet veilig genoeg om te vluchten of iets anders te doen.

Flight – Vluchten

De meeste honden zouden, als ze de kans kregen, het liefst gewoon wegrennen van iets dat ze spannend vinden. Vluchten is een hele normale reactie bij angst of ongemak – maar aan de lijn of in huis is die optie er vaak niet. Als vluchten niet lukt, schakelt de hond soms over op andere stressreacties zoals bevriezen of vechten.

Fight – Vechten

Als je hond zich bedreigd voelt en geen andere uitweg meer ziet, kan hij gaan uitvallen, grommen, happen of bijten.
Dat betekent niet dat hij ‘agressief’ is, maar dat hij in een situatie zit waarin zijn stresssysteem zegt: "Ik heb geen keus meer." Dit is meestal een reactie op langdurige opbouw van stress en onveiligheid, niet op één enkel moment.

Fiddle About – ‘Vogelen’ of overspoeld gedrag

Soms zie je dat je hond ineens heel druk gedrag vertoont: keihard rondrennen door het huis, wild spelen of ‘zomaar’ gaan graven of krabben. Dit gedrag is een manier om opgebouwde spanning uit het lijf te krijgen – een soort emotionele uitlaatklep.
Je ziet dit ook wel terug als overspronggedrag: gedrag dat uit het niets lijkt te komen, zoals ineens uitgebreid snuffelen, niezen of zichzelf krabben.

Faint – Flauwvallen

Zeer zeldzaam, maar bij extreme stress kan een hond echt wegvallen – vergelijkbaar met flauwvallen. Dit gebeurt meestal bij honden die geen enkele uitweg meer zien en volledig overweldigd zijn. Let op: ook het plotseling in elkaar duiken (dippen) kan een voorloper zijn van deze reactie.

Belangrijk: wanneer je één van deze signalen ziet, is je hond al over zijn drempel heen. In deze staat kan hij niet leren of keuzes maken. Wat hij dan vooral nodig heeft, is veiligheid en afstand tot de trigger.
In training probeer je juist te voorkomen dat hij op dit punt komt, door op tijd eerdere stresssignalen op te merken en daarop te reageren.

Emotionele Systemen

SEEKING (Verlangen)

Doel

Ontdekken, bemachtigen van informatie en bronnen die voor de het dier van waarde zijn, zoals voeding (prooi), water, speeltjes

Herkenbaar aan

Snuffelen, naderen, verkennen, onderzoeken, speuren, kijken, voelen, vastpakken, aanraken, najagen, nieuwsgierigheid, solitair spel. Scannen, oriënteren, fixeren, besluipen, opjagen

Wanneer?

Onder meer tijdens training, het dier weet wat er verwacht wordt en wordt beloond voor het juiste gedrag. Tijdens het uitvoeren (en dus de afwachtingsfase van de beloning) komt er dopamine vrij.

Gevoel

Positief, verwachtingsvolle anticipatie

CARE (Verzorging)

Doel

Beschermen van de groep, overleving van pups en het aanhouden, bevestigen en versterken van sociale banden.

Herkenbaar aan

Tederheid, liefde, teder likken, verzorgen, hulp geven, reageren op distress calls. Zachtjes knabbelen, likken, tegen elkaar aan liggen. Agressie wanneer er pups zijn.

PLAY (Spel)

Doel

Uitlaatklep voor natuurlijk gedrag, zoals najagen en vangen van prooi, maken van plezier, informatievergaring over spelpartner, versterken van sociale banden, oefenen van bepaald gedrag ter bevordering van motorische vaardigheden, weerbaarheid en veerkracht.

Herkenbaar aan

Losse lijven, korte pauzes, rolwisselingen

Gevoel

Positief

LUST 

Doel

Het vinden van een voortplantingspartner en voortplanten onder sterke invloed van hormonen en feromonen.

Herkenbaar aan

Seksuele opwinding/spel, weglopen, veel markeren, besnuffelen van de geslachtsdelen.

Gevoel

Positief (kan gemakkelijk omslaan naar frustratie).

FEAR (angst)

Doel

Zelfbehoud tegen dreiging (zonder prikkel) en bedreiging (met prikkel), overleving van het individu. Een gebrek aan socialisatie en negatieve leerervaringen hebben grote invloed.

Herkenbaar aan

Ongerustheid, bevriezen, vluchten, bevriezen, verstijven, plat liggen, wegkijken, in elkaar duiken, op de rug draaien. Vluchten, vermijden, lichaam afwenden, aanvallen, uitvallen, grommen, snappen, tanden laten zien, wegjagen, bestormen, intimideren, najagen, heel erg druk doen, plots rondjes rennen, iets in de bek nemen, happen, baldadigheid.

Gevoel

Negatief

Vocalisatie

Blaffen, aanslaan, piepen/janken.

GRIEF (Rouw)

Doel

Het herstellen van sociaal contact.

Herkenbaar aan

Verdriet, paniek, rouw, negatief, huilen, piepen, steunzoeken, in huis continue volgen (onvoldoende rust nemen als gevolg), agressie richting gezinsleden die willen weggaan, krabben/bijten/opspringen tegen deuren en ramen, slopen, bijten, ontlasting/urine laten lopen, hijgen, kwijlen, stereotiep herhalend gedrag, zelfmutilatie of veelvuldig likken, niet eten of drinken.

Vocalisatie

Janken, blaffen, jammeren, piepen, huilen.

Gevoel

Negatief

RAGE (Woede)

Doel

Het verkrijgen of behouden van bronnen die van grote waarde zijn voor je hond, zoals voeding, speeltjes, een fijne ligplek. Eigen verwachtingen proberen te realiseren. 

Herkenbaar aan

Boosheid, irritatie, frustratie, agistatie, agressie, bijten, slopen, opdringerigheid, onrust/hyperactiviteit, soms depressie, opspringen, krabben, trekken/happen/bijten in de riem/armen/handen, explosieve uitbarstingen als je hond iets niet gedaan krijgt of beperkt wordt in ruimte. 

Vocalisatie

Piepen, jammeren, janken, aanhoudend blaffen om bijvoorbeeld een speeltje te bemachtigen.

Gevoel

Negatief

HATE (Haat)

Doel

Uitsluiten van anderen om bronnen en stabiliteit te behouden.

Herkenbaar aan

Contact vermijden, uit de weg gaan, verjagen, intimideren, bedreigen, contact vermijding, uit de weg gaan, grommen, lippen optrekken

Gevoel

Negatief, maar de hond voelt zich niet bedreigd, wat onder angst zou vallen. Ook is er geen sprake van een verwachting dat de hond iets tekort komt of afgepakt zou worden (wederom angst) maar gunt de hond de ander geen toegang tot de voordelen van het gezin.

PAIN (Pijn en ongemak)

Doel

Voorkomen van (verdere) schade aan het lijf. Ook de verwachting van pijn kan je hond anders laten reageren.

Herkenbaar aan

- Rusteloosheid
- Excessief hijgen
- Lethargie
- Herhalende gedragingen (OCD, rondjes draaien, staartjagen)
- Toename in slapen
- Overdreven vaak stretchen
- Weigeren te bewegen
- Verandering in conditie
- Excessief vocaliseren
- Ongebruikelijk aanhankelijk
- Ongebruikelijk afstandelijk
- Veranderd gangwerk (zie bewegingspatronen)
- Stijfheid bij opstaan
- Gefronste wenkbrauwen
- Ongebruikelijke lage staartstand
- Oren plat
- Ontwijken van aanrakingen
- Vragen om aanraking op bepaalde gebieden
- Weigeren van voeding
- Overmatig drinken
-  Likken van lichaamsdelen en objecten
- Ongebruikelijke angsten / schrikreacties
- Ongebruikelijke agressieve reacties
- Gebrek aan energie
- Liggen op koude, harde ondergronden
- Ontwijken van bepaalde ondergronden (vaak zachte)
- Onvermogen om te concentreren
- Intolerantie voor warme of koude temperaturen/weersomstandigheden
- Excessief berijden
- Excessief graven
- Langdurend hoge opwinding
- Knauwen/bijten op lichaamsdelen
- Slopen
- Onvermogen te balanceren
- Overslaan, zijwaarts lopen of konijnenhoppen
- Verkorte pas
- Vachtverandering, haarverlies, textuur/patronen
- Ontstaan van resource guarding
- Grommen of snappen als je op een zachte ondergrond naast de hond gaat zitten/beweegt

Vocalisatie

Hijgen, kreunen, piepen, janken.

Gevoel

Negatief

Kinderen en honden